Beleggingscasus: China
vrijdag 14 juli 2023Jarenlang was China dé aanjager van de groei van de wereldeconomie. Het Aziatische land heeft echter behoorlijke hinder ondervonden van Covid en de gevolgen van haar zeer strenge zero-covid beleid. De verwachting was dat de groei weer aangewakkerd zou worden na het loslaten van de strenge regels en dat de consument weer volop zou gaan consumeren. Hoe staat China er momenteel voor en wat zijn de beleggingsmogelijkheden in het land met het 2e inwonersaantal van de wereld?
Economische groei
Eén van de belangrijkste maatstaven om de economische groei te kwantificeren is de omvang van het bruto binnenlands product (bbp). Het bbp geeft de totale toegevoegde waarde aan in een land geproduceerde goederen en diensten gedurende een bepaalde periode. Het economische groeicijfer kwam vorig jaar uit op 3%, het laagste cijfer sinds 1976 (krimp van 1,6%). Waar het land in die periode nog één van de armste landen ter wereld was, zijn er na de succesvolle ontwikkelingen van onder andere Taiwan, Hongkong, Singapore en Zuid-Korea forse hervormingen doorgevoerd. Deze hervormingen op gebieden als meer vrijheden voor bedrijven, scholing en het rechtssysteem waren benodigd voor het toetreden van de Wereldhandelsorganisatie in 2001.
De Chinese economie begon steeds meer open te staan voor buitenlandse handel en investeringen. Veel buitenlandse bedrijven openden vestigingen in China gezien de lage arbeidskosten en het aantrekkelijke vestigingsklimaat. In onderstaande afbeelding is de sterke groei van de export van goederen en diensten van China te zien in de periode 1982 tot en met 2018.
Duurzaam groeimodel?
De Chinese economie groeide mede hierdoor erg sterk. Geregeld liet China dubbelcijferige groeicijfers zien met bijvoorbeeld de groei van het bbp van 11,8% in 2007 (ter vergelijking; in Nederland was het dat jaar 3,8%). De Chinese overheid heeft als doelstelling om de economie jaarlijks met 5,5% te laten groeien en heeft dit over een lange periode kunnen overtreffen. Op een gegeven moment vertoonde het groeimodel van China, vooral gebaseerd op goedkope arbeid en gericht op export van goederen, echter wel wat haperingen. De ambitie om de grootste economie ter wereld te worden bleef echter bestaan en daarom voelde het land zich genoodzaakt om te verschuiven van een maakeconomie naar een kenniseconomie.
Vanuit de overheid werd innovatie gestimuleerd en (technologische)kennis werd binnengehaald door de vele directe investeringen in het buiteland. Ook werden er distributienetwerken opgezet en werd er fors geïnvesteerd in infrastructuur. Grote (tech)bedrijven zoals Tencent, Baidu en Alibaba konden in deze omstandigheden floreren en stegen behoorlijk in beurswaarde. Voor het eerst sinds het bestaan van de Fortune 500 (grootste bedrijven ter wereld) stonden er in 2020 meer Chinese bedrijven (124) dan Amerikaanse bedrijven (121) in deze lijst.
Deze ontwikkelingen hebben er mede voor gezorgd dat China momenteel verantwoordelijk is voor zo’n 18% van het wereldwijde bbp. In onderstaande afbeelding is te zien dat het deel van China van het wereldwijde bbp nog steeds stijgende is, terwijl dit voor Amerika, de Eurozone en Japan dalende is.
De economie van China groeide uit tot de 2e grootste economie van de wereld (na Amerika) en het land had jarenlang het grootste inwonersaantal van de wereld. Recent is het land op dit vlak echter wel ingehaald door India.
De middenklasse
Naast het worden van de grootste economie ter wereld is er nog een ambitie die voor China erg belangrijk is. De (gestegen) welvaart dient breed gedragen te worden en dus dient de alsmaar groeiende middenklasse van de economische groei te profiteren. In 2010 behoorde nog maar 7% van de bevolking tot de middenklasse gemeten naar het jaarlijkse inkomen voor huishoudens en dit was in 2018 gestegen tot 46%. Een grotere middenklasse is belangrijk voor de binnenlandse consumptie van goederen en diensten, waar Chinese bedrijven op hun beurt ook weer van profiteren. Onderstaande afbeelding laat de welvaartniveaus zien van de Chinese huishoudens. De grafiek laat zien dat in 1985 vrijwel 100% geclassificeerd is als arm en dat dit sterk is afgenomen. De groene lijn laat juist een stijging zien, waar in 2022 de grens van 50% als hogere middenklasse is overschreden.
Conclusie beleggingscasus
Wij zijn altijd alert voor interessante beleggingsmogelijkheden in de financiële markten. We hebben u in het verleden al eens geïnformeerd over de vraag waarom wij een deel van uw vermogen in China willen beleggen. Tot op heden heeft de koers van het Allianz China A fund echter nog niet de gewenste resultaten laten zien.
Wij zien echter nog steeds voldoende mogelijkheden. Belangrijke punten hierbij zijn de groeiende middenklasse (die naar verwachting veel meer gaat consumeren), aantrekkelijke waarderingen, hoge verwachte groei van de winst per aandeel en een (fiscaal) stimulerende overheid op gebieden zoals digitalisering, automatisering en de energietransitie. Wat dit laatste betreft kan ook nog opgemerkt worden dat China erg sterk gepositioneerd is op het gebied van grondstoffen, die benodigd zijn voor het omvangrijke proces van de energietransitie. Dit alles maakt het niet wenselijk om China ‘links’ te laten liggen.
Tegenover de goede beleggingsmogelijkheden staan ook risico’s die niet over het hoofd gezien mogen worden. Hierbij gaat het om onder andere om de geopolitieke spanningen met Amerika en Taiwan, valutarisico’s, demografische risico’s (vergrijzende bevolking/minder werkenden) en het overheidsbeleid dat moeilijk te voorspellen is. Wij hebben een weloverwogen keuze gemaakt wat betreft de risico/rendementsverhouding en vinden een (kleine)allocatie richting China gerechtvaardigd.