Marktontwikkeling: Climbing the wall of worry
vrijdag 13 december 2024Het einde van het jaar nadert, dus wordt het tijd om terug te kijken op wat het jaar 2024 ons gebracht heeft. En daar is veel over te vertellen, hetgeen ook zeker te zien zal zijn in allerlei beschouwingen die de media ons de komende dagen en weken zullen tonen. Het was een turbulent jaar waarin de ene geopolitieke ontwikkeling de andere in snel tempo opvolgde. De politieke onzekerheden lijken groter dan ooit en de tegenstellingen tussen landen en religies lijken onoverbrugbaar.
Maar van ons als vermogensbeheerder wordt niet verwacht om hier een visie op te hebben, hoewel deze ontwikkelingen ons natuurlijk niet onberoerd laten. Ons wordt gevraagd een duidelijke en heldere visie op de financiële markten te hebben en genoemde ontwikkelingen te duiden in het licht van de mogelijke gevolgen voor de economie, de financiële markten en uiteindelijk de waarde ontwikkeling van de beleggingsportefeuilles die we beheren.
En vanuit dat gezichtspunt zou een logische reactie kunnen zijn dat zoveel politieke onrust en onzekerheid geleid zal hebben tot beweeglijkheid, onrust en koersverliezen op de internationale beurzen. Maar niets is minder waar.
Voor het tweede jaar op rij realiseerde de beleggingscategorie aandelen een zeer mooi en bovengemiddeld rendement. De door ons gevolgde globale aandelenindex, de MSCI All Countries World (EUR), scoort vanaf 1 januari tot nu toe een rendement van ongeveer 27,7%. En daarmee lijkt deze benchmark het goede beleggingsjaar 2023, met een totaal rendement van 18,7%, te gaan verbeteren.
Gaan we ‘onder de motorkap kijken’, en de verschillende regio’s en/of sectoren met elkaar vergelijken, dan ontstaat er wel een genuanceerder beeld. Zo liet de brede index van aandelen van Opkomende Landen, de MSCI Emerging Markets, een plus zien van ongeveer 10%. En daarmee bleven de aandelenmarkten van deze landen ook dit jaar weer fors achter bij het wereldwijde gemiddelde van de aandelenmarkten.
Een andere nuancering is het meewegen van het valutaresultaat als er in buitenlandse aandelen wordt belegd. Zo liet de brede Japanse Topix 1000 index in de eerste helft van dit jaar een plus zien van ongeveer 22% maar de Japanse Yen daalde in die periode met ongeveer 10% ten opzichte van de euro waardoor een deel van het rendement ook weer verloren ging.
Als er binnen de wereldindex landen en/of sectoren zijn die beneden gemiddeld gescoord hebben dan kan het niet anders dat er ook landen en/of zijn die juist bovengemiddeld scoorden. En ook dit jaar valt op dat de sector IT weer prima presteert. Met een rendement van bijna 40% scoort deze sector ook in 2024 ruim beter dan het gemiddelde.
Op een tweetal manieren hadden de technologie aandelen dit jaar de wind in de zeilen. Enerzijds is 2024 het jaar van de ommekeer van het monetaire beleid van de centrale banken. Afgelopen zomer voegde veel centrale banken uiteindelijk de daad bij het woord en begonnen ze met het verlagen van de (geldmarkt) rente. En gelet op de huidige inflatiecijfers in combinatie met de afname van het economisch groeimomentum lijken meerdere renteverlagingen tot ver in 2025 zeer aannemelijk. En het verleden leert dat de groeisector IT, met gemiddeld een hogere leverage als de andere sectoren, bovengemiddeld presteert in perioden van renteverlagingen. Anderzijds wakkeren allerlei ontwikkelingen het enthousiasme over de toekomstige groeimogelijkheden van AI verder aan. Hierdoor leken de bomen met name voor aandelenkoersen van chips- en data verwerkende bedrijven dit jaar tot ver in de hemel door te groeien.
Het verruimende monetaire beleid van de centrale banken heeft er tevens voor gezorgd dat de stijging van de aandelenmarkten later in het jaar breder werd gedragen waarbij ook andere sectoren ‘aanhaakten’ in de hoop dat deze monetaire verruiming uiteindelijk gaat zorgen voor het aantrekken van de economische groei. Aangekondigde belastingverlagingen en meer geplande publieke investeringen deden hierbij ook nog een duit in het zakje.
Wat betreft de rente ontwikkeling, richtinggevend voor de rendementen op de obligatiemarkt, lijkt 2024 een saai jaar te zijn. Echter niets is minder waar. Het eerste kwartaal was ronduit tegenvallend. De centrale bankiers draaiden om de hete brei heen en leken terug te komen op eerdere hoopvolle uitspraken en beloftes dat een cyclus van renteverlagingen verantwoord zouden zijn. De reden van deze terughoudendheid was met name de hardnekkige inflatie die een renteverlaging minder logisch maakte. Gelukkig kwam in het tweede kwartaal de omslag en kwam de ECB als eerste grote internationale centrale bank door met een renteverlaging van 0,25%. Het welbekende schaap was over de dam en meer centrale banken zouden spoedig volgen. Het was de opmaat voor een mooi koersherstel op de obligatiemarkten. Even leek de rente in het derde kwartaal toch nog het ruime sop te kiezen toen tegenvallende inflatiecijfers de hoop op verdere renteverlagingen de das om leek te doen. Maar de verkiezingswinst van Trump zorgde voor de ommekeer. Zeker de kortlopende rentes daalde in een rap tempo omdat beleggers ervan uitgaan dat Trump in zijn politieke keuzes en beleid gaat aansturen op verder monetaire verruiming. Al met al lijken we het jaar te gaan afsluiten met een mooie maar gematigde plus op de obligatiemarkten (onze benchmark van staats- en bedrijfsobligaties noteert dit jaar een plus van ongeveer 3%).
Wat echter dit jaar met name opvallend is, is dat de rentecurve weer enigszins genormaliseerd is. Dat wil zeggen dat aan de inverse rentestructuur, die bijna twee jaar geduurd heeft, een einde gekomen lijkt te zijn. De kapitaalmarktrente noteert op dit moment licht hoger dan de geldmarktrente en hiermee is ‘lang geld weer duurder dan kort geld’.
Wij gaan ervan uit dat de rentecurve de komende tijd per saldo verder gaat versteilen en we zijn daarom nog steeds gepositioneerd aan het ‘korte einde van de rentecurve’. Dat wil zeggen dat we obligaties prefereren met een relatief korte looptijd.
Wat ook bijzonder was in de obligatiemarkten is dat de risico opslagen relatief laag zijn gebleven. Al lijkt er nu een kentering aan de orde. Gelet op de bovengemiddelde (geopolitieke) onzekerheden, en het afgenomen economisch momentum (zeker in Europa), zou een stijging van de risico opslag bij hoog risico obligaties logisch zijn. Voor bedrijfsleningen is dat zeker nog niet aan de orde. Voor staatsleningen zien we dat voor enkele landen geldt dat de risico opslag ten opzichte van bijvoorbeeld de Duitse rente begint op te lopen. Hiermee lijken beleggers oog te krijgen voor de situatie in (met name) enkele landen in de periferie.
De commerciële vastgoed markt tenslotte lijkt dit jaar de trend omkeer die in het laatste kwartaal van 2023 werd ingezet voort te zetten. Met een positief rendement van ongeveer 10% (het rendement van de benchmark die wij volgen) lijkt 2024 een prima jaar te worden. Het feit dat de centrale banken hun monetair beleid hebben omgegooid van rentestijgingen naar renteverlagingen speelt hierbij waarschijnlijk een belangrijke rol. Het financieren van vastgoed wordt goedkoper waardoor de rendementen voor beleggers kunnen verbeteren.
En zo eindigt het roerige beursjaar 2024 hoogstwaarschijnlijk met bovengemiddeld hoge rendementen. En eens te meer wordt hiermee het bewijs geleverd dat de beurzen the wall of worry kunnen beklimmen. Wachten tot de luchten zijn geklaard en de onzekerheden zijn verdwenen zal in de praktijk betekenen dat je nooit aan beleggen toe komt. Beurzen, politiek en economie kunnen volledig van elkaar divergeren.
In de volgende editie van onze nieuwsbrief zullen we wat meer inzoomen op onze verwachtingen voor het komende beursjaar.