Marktontwikkelingen: Flinke renteverhogingen schudden de markt verder op
vrijdag 7 oktober 2022Door: Chris van der Woel en Patrick Zuijderwijk
De verwachte renteverhoging van 75 basispunten van de FED op 21 september zorgde niet direct voor een verrassing. Het was de zogeheten Dot Plot die de markt hevig liet opschudden. De Dot Plot is een grafiek die de verwachtingen van de FED officials laat zien voor de hoogte van de beleidsrente op de korte termijn. Doordat de inschatting van de beleidsrente door de FED officials hoger was dan verwacht, ging de markt vervolgens uit van stevigere renteverhogingen, wat zijn invloed heeft gehad op de koersen van de verschillende assetcategorieën.
Dit was één van de redenen dat zowel aandelen als obligaties in september een fors negatief resultaat lieten zien. De wereldindex daalde in september met 7,2%, de S&P 500 met 9,3% en de NASDAQ zelfs met 10,5%. Onze ‘eigen’ AEX daalde met een kleine 6%. De rentes op verschillende 10 jaars-staatsobligaties stegen daarentegen uitzonderlijk hard. Voor Amerika ging deze van 3,11% naar 3,72%, voor Duitsland van 1,52% naar 2,12% en voor Nederland van 1,86% naar 2,44%. Vooral de snelheid van deze rentestijging zorgt ervoor dat bestaande obligatiebeleggingen flink in waarde dalen. Het jaar 2022 is voor obligatiebeleggers namelijk nu al historisch slecht te noemen, kijkend naar het koersverloop.
De verliezen (op papier) voor beleggers zijn dit jaar dus behoorlijk te noemen. Echter, zijn er nu ook steeds meer andere geluiden te horen vanuit de markt. Door de jarenlange stimulatie van de centrale banken was er een overvloed aan geld, dat opzoek ging naar rendement. Met als gevolg dat er zelfs voor speculatieve producten, zoals niet winstgevende technologie bedrijven, meme-aandelen, SPAC’s en NFT’s, veel geld werd betaald. Nu de centrale banken in de verkrappende modus staan, is de interesse in dergelijke producten behoorlijk gedaald en ligt de focus eens te meer op kwaliteitsbedrijven.
De gemiddelde koers/winst verhouding van de S&P 500 is momenteel rond de 17, dichtbij het historisch gemiddelde van 15. In de afgelopen jaren was deze structureel ruim boven de 20. De koers/winst van de Europese aandelen bedraagt momenteel ongeveer 12, dat als aantrekkelijk beschouwd kan worden.
In de afgelopen jaren kwam het begrip TINA (there is no alternative) geregeld naar voren. Rendementen van obligaties daalden steeds verder en aandelen werden gezien als de enige asset waar nog rendement te behalen was. Door de gestegen kapitaalmarktrentes komen obligaties steeds meer in beeld als aantrekkelijke beleggingen. Zo behaalt het Rothschild Euro Credit Fund uit onze modelportefeuille momenteel een yield van ruim 6%.
Bank of Engeland
De regering van de nieuwe premier Liz Truss maakte vrijdag 23 september de begrotingsplannen bekend. Eén onderdeel van de plannen betrof een lastenverlaging van 45 miljard pond. Deze lastenverlaging kwam bovenop de reeds bekend gemaakte maatregelen om de energiekosten van huishoudens en bedrijven te beteugelen ter waarde van 150 miljard pond.
De financiële markten twijfelen over de betaalbaarheid van deze maatregelen en of dit juist niet de toch al hoge inflatie doet aanwakkeren. De waarde van de Britse pond daalde tot het laagste punt ooit tegen de dollar en de rente op Britse staatsobligaties ging snel omhoog. Dit resulteerde in acute problemen voor pensioenfondsen, aangezien zij moeite kregen om aan hun kortlopende betalingsverplichtingen te kunnen voldoen. De Bank of Engeland voelde zich om deze reden genoodzaakt om in te grijpen en begon met het ‘tijdelijk’ opkomen van langlopende staatobligaties.
Dit kan misschien gezien worden als een van de eerste scheurtjes in het (agressieve) beleid van de centrale banken wereldwijd, om de inflatie tegen te gaan. De centrale bank van Australië koos ervoor om op 4 oktober de rente met 25 basispunten te verhogen, waar 50 basispunten verwacht werd (de voorgaande 4 renteverhogingen waren allen 50 basispunten). Het zou kunnen dat centrale banken het besef krijgen dat de economie met deze renteverhogingen afstevent op een zware recessie en daardoor voorzichtiger worden met hun beleid. Dit kan uiteindelijk een positieve werking hebben op de financiële markten.
Ander geopolitiek nieuws
Ook de situatie in Oekraïne en de economische gevolgen daarvan beheersen nog steeds het nieuws. De voortdurende oorlog in Oekraïne heeft een nieuwe wending gekregen. Poetin heeft een oproep gedaan voor een gedeeltelijke mobilisatie van 300.000 reservisten. Vervolgens kwamen er verhalen in de media van rijenlange files door vluchtende Russen richting de omringende landen en voor een enkele vliegreis naar Turkije werd tussen de 10.000 en 20.000 dollar in rekening gebracht.
Daarnaast heeft Rusland een referendum gehouden in de bezette Oostelijke gebieden in Oekraïne, waar zij konden stemmen voor aansluiting bij Rusland. De uitslag was eigenlijk Noord-Koreaans te noemen, aangezien vrijwel iedereen stemde op aansluiting. Internationaal wordt deze referendum echter niet erkend.
De situatie in Oekraïne heeft zoals bekend grote gevolgen voor de energieprijzen. De Nord Stream pijplijn (voor gastoevoer vanuit Rusland naar Noord-Europa) werd al niet meer in de volledige capaciteit gebruikt, toen er op 27 september explosies plaatsvonden. Vrijwel direct na deze gebeurtenissen werd er gesproken over sabotage, maar wat er precies is gebeurd is nog niet duidelijk. Wat wel duidelijk is, is dat de gasprijzen hierdoor weer kortstondig gestegen zijn.
Daarnaast werd er door de Europese Unie nadrukkelijk gekeken naar de uitslag van de politieke verkiezingen in Italië. De Italiaanse kiezers hebben gekozen voor de eerste vrouwelijke premier in Italië, namelijk Giorgia Meloni van de conservatieve en nationalistische partij Fratelli d’Italia. Een deel van haar plannen zijn ter ondersteuning van de economie en dienen bekostigd te worden met extra staatsschuld. Dit kan de verhoudingen in de toch al fragiele Europese Unie extra onder druk zetten.
Belegd blijven is het devies
De vele gebeurtenissen zorgen ervoor dat het een erg lastig jaar is voor beleggers. Een dalende portefeuillewaarde doet pijn en kan vragen oproepen. Wij kiezen er voor om belegd te blijven en kiezen er nadrukkelijk niet voor om de markten te proberen te ‘timen’. Bij het timen van de markt moet je namelijk niet alleen het juiste moment van uitstappen bepalen, maar ook het moment van instappen. Diverse academische studies tonen aan dat dit in de praktijk enorm lastig is.
Feit is dat goede en slechte beursdagen vaak geclusterd zijn en op voorhand niet te voorspellen zijn. Eén van de belangrijkste risico’s van het timen van de markten is dat de belegger te laat instapt en een aantal erg goede beursdagen mist. Het effect van het missen een aantal van de beste beursdagen op het uiteindelijke resultaat is te zien in de onderstaande afbeelding.
De afgelopen anderhalf jaar laten zien dat je als belegger te maken krijgt met zeer goede, maar ook met zeer slechte maanden. Om de beleggingsrendementen op de lange termijn te kunnen oogsten, dient de belegger soms op de kortere termijn de pijn te moeten accepteren. Dit blijkt ook uit de onderstaande grafiek, waar is gekeken naar historische dalingen van 25% of meer van de S&P 500 aandelenindex en de rendementen na de daaropvolgende jaren.
Dit brengt de verliezen van het huidige beleggingsjaar in perspectief, laat tevens zien dat het goed is om uit te zoomen en de blik gericht te houden op de langere termijn. De looptijd van de beleggingen is in veel grotere mate van belang voor het behalen van rendement, dan het timen van de markt.